Enkele weken geleden werd bekend dat een aantal politieke partijen het akkoord over het leenstelsel ondertekende. In dit akkoord zijn afspraken gemaakt over hoe het nieuwe stelsel eruit komt te zien. Maar dat betekent nog niet dat (aankomende) studenten al precies weten wat de afspraken gaan betekenen. Daar gaat eerst een heel proces aan vooraf.
Onderwijsminister Jet Bussemaker (PvdA) heeft met coalitiepartij VVD en oppositiepartijen D66 en GroenLinks een overeenkomst gemaakt die als basis dient voor het nieuwe wetsvoorstel. De handtekeningen van de oppositiepartijen waren nodig omdat PvdA en VVD samen geen meerderheid hebben in de Eerste Kamer en die uiteindelijk ook goedkeuring moet geven aan de nieuwe wet. Maar zo ver is het nog lang niet.
Geen kort proces
Allereerst wordt er een nieuw wetsontwerp geschreven door ambtenaren op het ministerie OCW. Zij hebben van hun bewindspersoon, minister Bussemaker, de opdracht gekregen om het akkoord uit te werken tot een wetsvoorstel. Zodra dat voorstel af is (waarschijnlijk in of net na de zomer) en minister Bussemaker tevreden is met wat de ambtenaren hebben geschreven, stuurt ze het voorstel naar de Raad van State, de onafhankelijk adviseur van de regering over wetgeving. Zij brengen advies uit over de wet, dat eventueel wordt verwerkt door het ministerie OCW. Pas daarna gaat het naar de Tweede Kamer en wordt het openbaar. Dit is een proces dat enkele weken tot maanden kan duren.
Zodra de Tweede Kamer het heeft wordt er een debat met de onderwijswoordvoerders gepland. Zij debatteren uitgebreid over het voorstel en kunnen amendementen indienen en tijdens de stemmingen (vaak de dinsdag na het debat) wordt er over het voorstel gestemd. Ook dit proces kan weken – en zelfs maanden – in beslag nemen. Zodra de wet is aangenomen door de Tweede Kamer wordt het naar de Eerste Kamer gestuurd. Zij toetsen het aan andere wetgeving en debatteren opnieuw over de wet. Pas als Tweede en Eerste Kamer de wet hebben goedgekeurd, wordt de wet gepubliceerd in het staatsblad en treedt in werking op de afgesproken datum.
Onzekerheid
Omdat het wetstraject zo’n ingewikkeld en langdurig proces is, kan er nog van alles gebeuren. De Raad van State, leden van de Tweede en Eerste Kamer kunnen bijvoorbeeld wijzigingen voorstellen (vaak na advies van belangenorganisaties zoals de Landelijke Studenten Vakbond). Ook is moeilijk te plannen wanneer dergelijke trajecten zijn afgerond, het proces moet immers nauwkeurig gebeuren. Het duurt dus nog wel even voordat (aanstaande) studenten weten waar ze precies aan toe zijn.
Deel het hieronder!